Identificatie van geneesmiddelen

Welk standaard gebruiken voor geneesmiddelen?

Identify

Identificeren

Vastleggen

Vastleggen

Delen

Delen

Identificeren

Om geneesmiddelen uniek en eenduidig te identificeren wordt het Global Trade Item Number (GTIN) in combinatie met de batchnummer en de vervaldatum gebruikt. Voor geneesmiddelen op voorschrift moet er verplicht een serienummer toegevoegd worden. Dit laatste om te voldoen aan de FMD wetgeving.

Vastleggen

Deze unieke identificatie van een geneesmiddel wordt op het product en/of verpakking   aangebracht in de vorm van een barcode. Deze barcode zal ervoor zorgen dat het geneesmiddel gescand kan worden doorheen de hele logistieke keten, die uiteindelijk bij de patiënt eindigt. 

Welke barcode je gebruikt, hangt af van het type verpakking in combinatie met waarvoor het gebruikt wordt. 

  Magazijn/pallet Ziekenhuis Patiënt/ziekenhuisbed Apotheek Retailer (over de counter)/ Point-of-sales
Identificeren GTIN-13 & GTIN-14 GTIN-13 & GTIN-14 GTIN-13 & GTIN-14 GTIN-13 & GTIN-14 GTIN-13 & GTIN-14
Vastleggen GS1-128 GS1-128 en GS1 Datamatrix GS1-128 en GS1 Datamatrix GS1 Datamatrix EAN-13

Door middel van Application Identifiers (AI's) wordt deze informatie gecodeerd in een GS1 Data Matrix  of een GS1-128.

Hoe gebruik je Application Identifiers voor geneesmiddelen?

  • Global Trade Item Number – Application Identifier (01) 

Wordt steeds 14 pos numeriek voorgesteld. Als het bv. een GTIN-13 is, wordt er links een 0 bijgevoegd.

Voorbeelden: 

  • Product A: (01)05412345678908
  • Product B: (01)05410013111009

 

  • Vervaldatum – Application Identifier (17) 

De vervaldatum heeft een vaste lengte en wordt steeds voorgesteld volgens het formaat 'JJMMDD'.  Als de vervaldatum een maand/jaar is, mag de dag tot 1 januari 2025 voorgesteld worden door 00. Na die datum moet  het de laatste dag van de maand zijn.  Wij stellen voor om zo snel als mogelijk over te gaan op de laatste dag van de maand.

Voorbeelden: 

  • 27 mei 2023 : (17)230527
  • 9 februari 2020: (17)200209 
  • 30 juni 2021: (17)210630

 

  • Batch- of lotnummer – Application Identifier (10)

Een batch- of lotnummer heeft een variabele lengte en kan maximaal 20 alfanumerieke gegevens bevatten.

Voorbeelden:

  • (10)ABC123 
  • (10)N98756123-8 

 

  • Serienummer – Application Identifier (21)

Een serienummer heeft een variabele lengte en kan maximaal 20 alfanumerieke gegevens bevatten.

Voorbeelden:

  • (21)12345678 
  • (21)AB1325456876123 


 

 

Voorbeeld van een GS1-128 en GS1-Datamatix
Code